Iedereen uniek?
Dit is de vierde keer dat ik dit bedrijf binnenstap voor een kennismakingsgesprek met één van de medewerkers, laten we deze medewerker ‘Lucas’ noemen. Ik vertel bij binnenkomst dat ik voor Lucas kom en ik zie de ogen van de dame achter de balie groter worden. Ik mag even gaan zitten. Prima, ga ik even zitten. Heel even later komt er iemand anders naar me toe, die vraagt of ik inderdaad voor Lucas kom. Ik bevestig dit en krijg te horen dat ik straks naar Lucas toegebracht zal worden. Er komt inderdaad binnen drie minuten een derde persoon naar mij toe en die vraagt of ik meeloop naar Lucas. ‘Tjonge’ denk ik, ‘wat een luxe, ik word helemaal begeleid.’
Voor het kantoor van Lucas stoppen we. Met een armgebaar maakt persoon drie duidelijk dat ik naar binnen kan. Lucas heeft duidelijk een mooi kantoor. Ik benoem dat dan ook: ‘U heeft een mooi kantoor Lucas! Prachtig uitzicht ook.’ Lucas knikt instemmend. Persoon drie stelt voor het water op de tafel te verversen en vraagt of Lucas en ik verder nog wat wensen.‘ Ik voel me helemaal vereerd en verwend door persoon drie. ‘Bedankt’ zeg ik, ‘water is voldoende.’ Lucas is het met me eens en is ook tevreden met een glas water. We gaan in gesprek en maken kennis met elkaar.
Het derde gesprek
Dit is de derde keer dat ik dit bedrijf binnenstap voor een kennismakingsgesprek met één van de medewerkers, laten we deze medewerker ‘Maarten’ noemen. Ik vertel dat ik voor Maarten kom en ik krijg te horen dat Maarten gebeld zal worden, ik mag even blijven wachten. Prima, wacht ik even. Even later komt Maarten aangelopen, we lopen verder naar binnen en maken kennis met elkaar.
Lucas bleek de directeur te zijn. Maarten één van de productiemedewerkers. Beide hebben zij een belangrijke positie in de organisatie. Zonder Lucas geen coördinatie, zonder Maarten geen productie. Maarten en Lucas hebben elkaar duidelijk nodig. Wat mij opviel in het gesprek met Lucas is dat hij passie heeft voor zijn mensen, hij wil iedereen gelijk behandelen. Wat mij opviel in het gesprek met Maarten is dat hij zich niet gehoord voelt en een drempel ervaart de directeur aan te spreken.
Het begint bij het doel
Het mag duidelijk zijn dat Lucas en Maarten allebei anders worden behandeld in de organisatie. Ik wil helemaal niet zeggen dat dit verkeerd is. Misschien was ik wel een belangrijke klant, waarmee een miljoenendeal gesloten moest worden, dan is het toch prettig dat ik netjes ontvangen wordt. De kans dat zo’n klant op zoek is naar Maarten, is gewoon een stuk kleiner. Wél wil ik aangeven dat het altijd belangrijk is het doel voor ogen te houden én je bewust te zijn van de gevolgen van je acties.
Lucas wil zijn medewerkers horen, Maarten wil zich laten horen. Zij zitten in hetzelfde gebouw, maar spreken elkaar nooit omdat er een drempel ervaren wordt. Dát vind ik zonde.
In de vervolggesprekken met zowel Lucas als Maarten ben ik mij gaan richten op wederzijds begrip, op het doel dat zij hebben met de organisatie en het besef dat zij elkaar daarvoor nodig hebben. Uiteindelijk zijn zij bij elkaar om de tafel gaan zitten, zij hebben hun toekomstvisie met het bedrijf besproken en zagen in dat zij beide gaan voor verbetering én dat zij dit niet zonder elkaar kunnen bereiken.
Maarten ziet dat de manier hoe Lucas behandeld wordt en zich gedraagt functioneel kan zijn in zijn positie. Lucas is zich ervan bewust welke boodschap hij hiermee uit kan stralen en zorgt ervoor dat zijn medewerkers hem ook regelmatig op een andere manier zien, waardoor hij bereikbaar en benaderbaar blijft en zijn medewerkers écht hoort én daar actie op onderneemt.
En ik? Ík ben een tevreden coach. En jij? Ben jij je bewust van hoe jij op anderen overkomt? Welke invloed heeft dit op het doel dat jij wilt bereiken?